Corona of niet, het is natuurlijk gewoon jachtseizoen. In La Bella Italia hebben ze een hele lijn van gerechten die ze ‘alla Cacciatora’ noemen. Afgeleid van de jacht, stuk voor stuk klassiekers uit de Italiaanse keuken. Geen complexe gerechten, je hebt een pan en een vuur nodig. Maar het vraagt wel om de nodige ingrediënten. Het is een stoofschotel met alle eetbare delen van de geschoten prooi. Langzaam gegaard met onder andere, olijfolie, uien, laurierblad, wortel, knoflook, paprika en olijven.

This photo of Coniglio alla Cacciatora is courtesy of cucchiaio.it http://www.cucchiaio.it/ricetta/ricetta-coniglio-cacciatora/

Cacciatora

Ik wil geen taalpurist zijn. Mijn Italiaanse taalkennis is bovendien kleiner dan een Fiat Cinquecento. Cacciatora vertaalt men over het algemeen als ‘op jagerswijze’. Dat is raar en roept vragen op. Een kampvuur begrijp ik, maar ik zie een Italiaanse jager niet met een pan slepen of tassen vol met ingrediënten. Italiaanse mannen eten trouwens bij voorkeur thuis. Tenslotte eindigt cacciatora op een A. Volgens mij is dat vrouwelijk. Gisteren viel het kwartje. In een Amerikaans culinair magazine (echt, ze bestaan) sprak men over ‘Hunter’s Wife Chicken’. En zo lagen de verhoudingen natuurlijk. Leuk of niet, maar de man ging op jacht en de vrouw bereidde de gerechten. Niet meer van deze tijd.

Coniglio

Bovendien is het raar dat de populairste variant van dit gerecht ‘Pollo alla Cacciotora’ is. Terwijl ik nog nooit een jager op kippenjacht heb zien gaan. ‘Coniglio alla Cacciatora’ of konijn is dan ook authentieker en simpelweg lekkerder. Het beestje is gemaakt voor sudderen. Laat het wilde konijn langzaam garen in de beschreven ingrediënten. Ook weer niet te lang, wild is mager vlees en slaat snel door. Goed bereid is het resultaat de inspanning van de jacht meer dan waard. Zeker wanneer je ook nog eens een half flesje wijn in de pan leegt. Grappig is dat in het zuiden van de laars rode wijn wordt gebruikt en in het noorden exclusief witte.

Cacciotore Salami

Er is ook een cacciotore salami. Niet van wildzwijn, maar van gewoon varken en soms wat rundvlees. Deze eenvoudige worst dankt zijn naam aan het formaat. Klein genoeg, vanaf 60 gram, om makkelijk in een rug- of knapzak te kunnen steken. Proviand voor de jacht, niet van de prooi. Deze worstjes hoeven door hun kleine formaat ook korter te rijpen. Enkel met wat grove peper, knoflook en zout. Ze danken er hun markante smaak aan.