Het was de opvallende naam, Country Captain, die me in eerste instantie geinteresseerd deed raken in dit eenvoudige kipgerecht. Niet de smaak, ik heb het nog nooit geproefd. Dat is op zich niet vreemd, het is een onderdeel van de Zuidelijke (southern) cultuur van de Verenigde Staten en van het rantsoen van het Amerikaanse leger. Van beide ben ik nooit een onderdeel geweest. Bovendien is dit gerecht een vreemde eend in de bijt, een soort wereldreiziger. We hebben het over kerrykip en rijst, die met nogal een omweg in de VS terecht is gekomen.
Country Captain
De oorsprong van country captain ligt, net als de meeste curries, in het verre India. Tijdens de Raj, de Engelse overheersing, genoten Britse officieren van hun curry met kip. Een van hen vervolgde zijn loopbaan als kapitein op de grote vaart. Hij vervoerde o.a. kruiden uit India en introduceerde zijn favoriete gerecht in zuidelijke steden als Charleston en Savannah. Waar het snel populair werd en zijn huidige vorm kreeg. De term country is waarschijnlijk een verwijzing naar de inheemse Indiase ingredienten. De kolonialen bleven alle geimporteerde produkten steevast ‘British’ noemen. Een alternatieve uitleg is dat captain een verbastering van ‘capon’ is. De gecastreerde haan die wij kapoen noemen.
Voer voor vechters
Country Captain is tegenwoordig een eenvoudige curry van gebraden kip, kerrypoeder, uien, amandelen en goudbruine rozijnen. Er zijn verschillende versies waaraan tomaten, paprika en knoflook aan is toegevoegd. Deze eenpansmaaltijd serveert men traditioneel op witte rijst. Het deed de populariteit van dit gerecht geen kwaad, dat het de favoriet van de charismatische generaal George S. Patton was. Ter ere van deze houwdegen werd Country Captain, een van de standaard ’ready to eat’ maaltijden van het Amerikaanse leger. Een beetje vergelijkbaar met de ’blauwe’ hap (nasi goreng of rijsttafel) van onze marine. Blijkbaar is het een legermaaltijd van aller tijden. Onafhankelijk van tijd en plaats.