Ik schrijf niet vaak over dessert. Kwestie van smaak waarschijnlijk. Toch zocht ik al lang een aanleiding om over het typisch Frans dessert Paris-Brest te schrijven. De ontstaansgeschiedenis is interessant genoeg. Buiten Frankrijk was dit nagerecht nagenoeg onbekend. Het leed een sluimerend bestaan. Maar voila, ineens verschijnt, praktisch uit het niets, door de hele Verenigde Staten Paris-Brest op de kaart. Overnacht, een hip dessert. Nederland bleef niet achter. Zo kreeg ik toch mijn link met de actualiteit. Sterrenchefs als Stephen Keller (***French Laundry en ***Per Se) en Ludovic Lefebvre (o.a. Trois Mec) startten deze retro-rage. Lefebvre verklaarde dat hij dit klassieke dessert uit zijn jeugd in Frankrijk miste en het daarom zelf maar op de kaart zette.
Aanvankelijk werd dit gerechtje in de VS nogal lacherig besteld. De puritijnse Amerikanen met hun beperkte topografische kennis, denken bij dit gerecht aan ‘breast’. Een ‘dirty mind’ is niet altijd een onverdeeld genoegen. Maar tegenwoordig wordt het door de stijgende populariteit al de nieuwe ‘creme brulée’ genoemd.
Paris-Brest
Slechts hardcore wielerfanaten weten dat Paris-Brest-Paris in het verleden een klassieke wielerwedstrijd was. Die vanwege de extreme afstand van 1600 kilometer slechts eens in de 10 jaar werd verreden. Organistor Pierre Giffard bleek een begiftigd marketeer. Al in 1910 vroeg hij aan een bevriende patisseur Louis Durand – Durand et Fils, 9 Avenue de Longueil, 78600 Maisons-Laffitte – om een dessert ter ere van deze legendarische wedstrijd te ontwikkelen. Hij creëerde een donutvormige taartje van pâte à choux – in NL soesjesdeeg, dat de patissier vult met hazelnoot-pralinéroom of -creme. Het geheel topt men af met amandelschaafsel en poedersuiker. De vorm is geïnspireerd op het fietswiel. Al zien andere er een lauwerkrans in. Feit is dat de wielerwedstrijd al sinds 1971 niet meer door profs verreden wordt, maar het dessert is, ruim 100 jaar na het ontstaan, met een verrassende demarrage aan een tweede jeugd is begonnen.