Ik had al zo’n vermoeden. Een artikel in het Parool bevestigde het definitief. Pastel de Nata zijn de nieuwe cup cakes. Waar je de laatste alleen nog, in onwaarschijnlijke neonkleuren op verjaardagen van prinsessenmeisjes tegenkomt, zie je deze kleine gebakjes in Nederland steeds meer oppoppen. De goden zijn gedankt. In Amsterdam schijnt mijn favoriete banketbakker Holtkamp ze te voeren. Er streek ook al een gespecialiseerde keten, Nata Lisboa, neer. In andere hoofdsteden, zoals Parijs en Seoel is het hek al langer van de dam. Daar zijn Pasteis (meervoud) de Nata een regelrechte hit. Londen wijdt er al een compleet festival aan. Terecht, hun directe aanvoerlijn is binnenkort afgesneden.
Pasteis de Nata
Het kan niet anders dat de populariteit van Pastéis de Nata mee is gegroeid met het stijgende toerisme naar Lissabon. In de Portugese Hoofdstad kan je ze op iedere straathoek kopen. Ze komen maar in een variant, de lekkere. Voor wie ze nog niet kent; het zijn kleine ronde romige gebakjes uit Portugal. Deze zoete delicatessen zijn bakjes van bladerdeeg gevuld met vanilleroom, ook wel custard. Een Pastel (enkelvoud) de Nata hoort warm gegeten te worden. Voor het uitserveren flambeert men ze namelijk met wat kaneel en rietsuiker. Qua smaak zijn ze nog het meest te vergelijken met crème brûlée (Frankrijk) of crema catalana (Spanje).
De oorsprong
Pastel de Nata worden ook wel Pastel de Belèm (Portugees voor Betlehem) genoemd, naar de ontstaansplek vlak buiten Lissabon. Aan de oever van de Taag. In 1837 werden de monniken van San Jeronimos tijdens een liberale revolutie uit hun klooster in gezet. Om toch van inkomsten te verzekerd te zijn gingen zij gebakjes verkopen. Tot op heden worden de Pasteis de Belem volgens hetzelfde unieke en geheime recept gemaakt en enkel ter plekke verkocht in een schitterende winkel (Rua de Belém 84-92). Tegenwoordig gemarkeert met rijen geduldige toeristen. Het is daarmee 1 van de meest exclusieve gebakjes van de wereld. Steeds vaker geïmiteerd, maar nooit geëvenaard.